Water

Waterkwantiteit

Bij nieuwe ontwikkelingen is steeds meer aandacht voor de berging van hemelwater. Door klimaatveranderingen worden buien steeds heftiger en is meer aandacht nodig voor waterberging in projecten. Duurzaam en klimaatadaptief bouwen wordt steeds belangrijker.

Waterkwaliteit

Sinds 1 januari 2000 is de Kaderrichtlijn Water (KRW) van kracht. De KRW is een Europese richtlijn met als doel het realiseren en behouden van chemisch schoon en ecologisch gezond oppervlaktewater en grondwater. Vanaf 2027 moet het water in Nederland voldoende schoon en gezond zijn, zowel op chemische als ecologische kwaliteit. De chemische kwaliteit wordt bepaald aan de hand van de concentraties van ‘Prioritaire Stoffen’, zoals benzeen. De ecologische toestand omvat de complexe kwaliteit van waterleven. Als één criterium niet voldoet in een waterlichaam, voldoet het hele waterlichaam niet. Op dit moment (2024) voldoet in Nederland 9% van de wateren aan de chemische kwalteit en minder dan 1% aan de ecologische kwaliteit. Zo bevatten de Nederlandse wateren teveel nitraat en fosfaat (vanuit meststoffen), PFAS en microplastics, maar ook resten van bijvoorbeeld medicijnen en cosmetica. Moeilijkheidsfactor is dat Nederlandse wateren aan het eind van de Europese stroomgebieden gelegen zijn. Daarnaast heeft Nederland vele slootjes, welke buiten de KRW vallen, maar waar vanuit het water wel in de rivieren terecht komt en uiteindelijk oppervlaktewater in meerdere provincies kan vervuilen. Boeren, industrie en burgers zullen allemaal bij moeten dragen om verdere vervuiling tegen te gaan en de chemische en ecologische waterkwaliteit te verbeteren. Lozingsactiviteiten vanuit de industrie zijn een noodzakelijk onderdeel van de bedrijfsvoering, maar kunnen de chemische en/of ecologische waterkwaliteit negatief beïnvloeden en voor knelpunten (gaan) zorgen.

Wetgeving

De afgelopen decennia is de waterkwaliteit in Nederland al sterk verbeterd door de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo) en de Waterwet. Bedrijven hadden hierdoor vaak al te maken vergunningen en/of meldingen voor afvalwaterlozingen. Sinds de invoering van de Omgevingswet (1 januari 2024) zijn in het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) Rijksomgevingswaarden (OGW) opgenomen vanuit de KRW en Richtlijn Prioritaire Stoffen. Middels de omgevingswaarden kan de gemeente, het waterschap, de provincie of het Rijk de waterkwaliteit objectief vaststellen en kwantitatief meetbaar maken. Van belang is hierbij dat de waterkwaliteit niet achteruit mag gaan, ook niet tijdelijk.

Toetsing lozingen

Wanneer een nieuwe vergunning aangevraagd moet worden omdat een bedrijf nieuwe lozingen wil gaan doen, bestaande lozingen wil aanpassen of omdat de vergunning geheel of gedeeltelijk is ingetrokken door het bevoegd gezag, moeten de afvalwaterlozingen getoetst worden aan de in de KRW opgestelde criteria. De ligging van het lozingspunt bepaalt in grote mate wat en hoeveel geloosd mag worden. Wanneer een lozingspunt nabij een benedenstrooms beschermd gebied (zoals een waterwingebied, zwemwaterlocatie of Natura-2000 gebied) ligt, zijn de eisen aan een lozing strenger. De toetsing vindt plaats door middel van een Algemene BeoordelingsMethodiek (ABM) en een Immissietoets. Via de ABM worden stoffen en mengsels ingedeeld op basis van waterbezwaarlijkheidsklassen en bijbehorende saneringsinspanning. Uitgangspunt hierbij is dat gestreefd wordt naar een 0-lozing of ten minste minimalisatie van de lozing middels Best Beschikbare Technieken (BBT). Vervolgens wordt via de Immissietoets gekeken naar de impact van restlozingen op de lokale waterkwaliteit en/of benedenstrooms beschermde gebieden.

Wat doen wij?

Wij voeren een risico-inventarisatie uit voor verleende en nieuwe vergunningen. We kunnen hiervoor zowel de ABM-toetsing als de Immissietoets uitvoeren op basis van door u verleende informatie betreffende onder andere stoffen en/of mengsels en effluentconcentraties. We kunnen ook het restrisico op onvoorziene lozingen bepalen en het effect ervan op het milieu met een Milieu Risico Analyse (MRA). Op basis van de resultaten van de risico-inventarisatie en eventuele MRA, adviseren wij u in mogelijke vervolgacties. Een vergunningaanvraag voor uw lozingsactiviteiten kunnen wij voor u verzorgen. Daarnaast denken wij graag met u mee op het gebied van duurzaam bouwen en klimaatadaptief bouwen.