Met ingang van 1 juli 2015 is het Programma Aanpak Stikstof (PAS) in werking getreden. Doel van het PAS is het doorbreken van de impasse waarbij Natura 2000-gebieden een rem hebben gezet op economische ontwikkeling.Met het PAS wordt ruimte gecreëerd voor economische activiteiten, enerzijds door het treffen van herstelmaatregelen in Natura 2000-gebieden, anderzijds door agrarische stikstofemissies sterk terug te dringen.
Stikstofdepositie?
Stikstofdepositie leidt tot vermesting en/of verzuring van de bodem. Stikstofdepositie ontstaat onder meer door de uitstoot van ammoniak bij veehouderijen en door de uitstoot van stikstofoxiden bij verbrandingsprocessen (verkeer, industrie en huishoudens). In 117 van de 160 beschermde Natura 2000-gebieden in Nederland is sprake van een te hoge stikstofdepositie met negatieve gevolgen voor de aanwezige, beschermde flora en fauna. Bij elke toename van stikstofdepositie nabij deze gebieden dient beoordeeld te worden of er geen significant negatieve effecten op kunnen treden. En in de situatie van vòòr 1 juli 2015 was dit geen sinecure, zo blijkt uit de vele besluiten die door de Raad van State zijn vernietigd.
Programma Aanpak Stikstof (PAS)
Het PAS moet de ontstane impasse doorbreken. Aan de ene kant wordt de achteruitgang van de biodiversiteit in Natura 2000-gebieden tot staan gebracht en omgezet in herstel door maatregelen te treffen in de Natura 2000-gebieden. Aan de andere kant wordt er weer ruimte gemaakt voor nieuwe economische activiteiten met stikstofuitstoot in de buurt van die gebieden. Door het treffen van extra maatregelen om de ammoniak uitstoot vanuit de landbouw te beperken wordt depositieruimte gecreëerd. Deze depositieruimte kan voor 50% worden ingevuld door emissie van nieuwe economische activiteiten (ontwikkelingsruimte). Die ruimte was er bijna niet meer, want nieuwe vergunningen konden door de rechter worden vernietigd omdat ze in strijd waren met onze internationale verplichtingen op het gebied van biodiversiteit.
Vergunningverlening met het PAS
Bij het uitbreiden van uw bedrijfsactiviteiten of het opstarten van nieuwe bedrijvigheid met relevante stikstofemissies, dient de (toename van) de stikstofdepositie te worden berekend. Hiervoor is het rekenprogramma AERIUS ontwikkeld. Volgt uit deze berekening dat uw bijdrage beperkt is (< 0,05 mol N/ha/jaar), dan is verder actie niet nodig. Bij een bijdrage boven de 0,05 mol N/ha/jaar geldt over het algemeen een meldingsplicht en overstijgt de bijdrage de 1,00 mol N/ha/jaar dan moet een Natuurbeschermingswetvergunning aangevraagd worden. Voor een paar Natura 2000-gebieden gelden strengere eisen ten aanzien van vergunningplicht. Bij het aanvragen van een Natuurbeschermingswetvergunning zal aanspraak gemaakt moeten worden op ontwikkelingsruimte. Maar let wel op: ontwikkelingsruimte is er vaak slechts in beperkte mate, en er geldt 'wie het eerst komt, die het eerst maalt'. Het op juiste moment 'claimen' van ontwikkelingsruimte kan verstandig zijn.
Het PAS en bestemmingsplannen
Met de ontwikkelingsruimte die wordt gecreëerd met het PAS kunnen weer concrete ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt die een relevante stikstofdepositie tot gevolg hebben. Om te voorkomen dat onnodig een beslag wordt gelegd op deze ontwikkelingsruimte door ruimtelijke plannen, zoals het bestemmingsplan, is het PAS expliciet niet bedoeld als instrument voor bestemmingsplannen. Immers, in het kader van het aantonen van de uitvoerbaarheid van bestemmingsplannen dient de stikstofdepositie ten gevolge van hetgeen het bestemmingsplan maximaal mogelijk maakt inzichtelijk te worden gemaakt. Dit betekent dat de ontstane impasse op dit moment maar ten dele wordt weggenomen door het PAS. Immers, ontwikkelingen met een relevante stikstofdepositie tot gevolg die planologisch niet inpasbaar zijn dienen eerst van een goede planologisch juridische basis voorzien te worden en hier helpt het PAS niet bij.
Peutz en het PAS
Met de inwerkingtreding van het PAS zal stikstofdepositie voorlopig minder vaak een struikelblok vormen voor nieuwe bedrijvigheid. De procedures zullen naar verwachting dan ook een stuk sneller en eenvoudiger gaan, in ieder geval zolang er nog ontwikkelingsruimte beschikbaar is. Voor bestemmingsplannen levert vooral de mogelijkheid om AERIUS te gebruiken de nodige winst op. Peutz heeft ruime ervaring met het uitvoeren van stikstofdepositieberekeningen en advisering over de rol van stikstof in projecten en plannen en adviseert u hier graag over.
Voor meer informatie: j.harbers [at] peutz.nl (subject: Opgepast%3A%20het%20Programma%20Aanpak%20Stikstof%20is%20in%20werking%20getreden) (Jasper Harbers) of k.vandernat [at] peutz.nl (subject: Opgepast%3A%20het%20Programma%20Aanpak%20Stikstof%20is%20in%20werking%20getreden) (Koen van der Nat)