De uitbreiding van Hogeschool InHolland aan de Rotterdamse Kop van Zuid bestaat uit een bruggebouw van 9 lagen met een overspanning van 36 meter over het metrotracé en een kopgebouw van 6 lagen hoog, in twee richtingen uitkragend. De grote overspanningen en uitkragingen worden gerealiseerd d.m.v. stalen vakwerken. Aan de zuidzijde rust het bruggebouw op een woon-/kantoorgebouw.
De nieuwbouw bestaat uit onderwijsruimtes, kantoren, vergadercentrum en de mogelijkheid om de bestaande kantine en mediatheek uit te breiden.
Bijdrage van Peutz
De ruimteakoestiek binnen het gebouw is beschouwd, waarbij in de verschillende ruimten, collegezalen, studielandschappen en het restaurant, ook verschillende voorzieningen gedimensioneerd zijn.
In de hogeschool werd voor de luchttechnische installaties beoogd per ruimte lucht in te blazen en de afvoerlucht over te storten naar het plenum waarbij dit plenum centraal per verdieping afgezogen werd. Door de beperkte plenumhoogte was het hierdoor niet mogelijk ook nog barrières boven scheidingswanden aan te brengen omdat een combinatie van luchtkanalen en barrières in het plenum de centrale plenumafzuiging te veel zouden belemmeren. Op basis hiervan is uiteindelijk gekozen voor een overlangsplafond waarin de geluidisolerende voorzieningen zijn opgenomen. Voor de benodigde luchtoverstortvoorziening in het plafond is een detail ontwikkeld waarin een verdekte bouwkundige geluidgedempte overstort gecreëerd is ter plaatse van de gevelkoof.
Ter plaatse van de uitbreiding is sprake van een hoge geluidbelasting vanwege wegverkeer op onder meer de verkeerswegen de Laan op zuid, de Posthumalaan en vanwege de metrolijn 'Rotterdam Zuid' (spoortraject 625) welke nabij het bouwplan boven de grond komt. Doordat de gevels geheel uit glas bestaan was een hoge geluidisolatie van het glas benodigd om de binnenniveaus te beperken.
Door Peutz is tevens de brandveiligheid beoordeeld. Net als het bestaande gedeelte is er voor gekozen de uitbreiding te voorzien van een sprinklerinstallatie.