Peutz zorgt voor aangenaam binnenklimaat bij Bosch Transmission Technology in Tilburg.
De afdelingen R&D, sales, marketing en de directie van Bosch Transmission Technology zijn gehuisvest in Tilburg, in een gebouw dat eigendom is van de Van der Weegen Holding. Tot voor kort was het binnenklimaat bij Bosch allesbehalve aangenaam. Van der Weegen schakelde Peutz in om de aanhoudende klachten over kou en tocht te verhelpen. Met succes. ‘De kou is uit de lucht. Letterlijk en figuurlijk.’
‘In dit gebouw werken in totaal zo’n tweehonderd mensen’, vertelt Michiel Kok (links op de foto), projectleider van de facilitaire dienst bij Bosch. ‘Als er problemen zijn met de technische installaties, kloppen collega’s bij mij aan. Tot voor een paar maanden terug waren er veel klachten over koudeval en tocht. Als zulke klachten aanhouden, ontstaan er echt problemen. Intern, maar ook in de relatie tussen huurder en verhuurder.’ Stijn van der Weegen (rechts op de foto) beaamt dat. ‘We hebben niet altijd even plezierig tegenover elkaar gezeten. Daarom zijn we nu heel blij dat het lek boven is.’
Koudeval en tocht
Stijn van der Weegen vervolgt: ‘Toen Bosch ons pand huurde, werd het gebouw gekoeld en verwarmd met behulp van een VRV-systeem. VRV staat voor ‘Variable Refrigerant Volume’. Een VRV-systeem maakt gebruik van een warmtepomp die warme of koude lucht van buiten naar binnen brengt, behandelt en vervolgens verdeelt in het gebouw. In 2006 was dit gebouw uitgerust met een tweepijpssysteem. Daardoor was het gebouw alleen centraal te koelen of te verwarmen. Bosch wilde graag meer flexibiliteit, en bijvoorbeeld ook per zone de temperatuur kunnen regelen. Daarom hebben we een driepijpssysteem laten aanleggen. En vanaf dat moment kwamen er klachten.’
Michiel Kok: ‘Collega’s hadden het koud, en zaten in de tocht. De installateur van het systeem wuifde die klachten lange tijd weg. Onterecht, zo bleek.’
Bosch bleef op zijn strepen staan en liet een onafhankelijk onderzoek uitvoeren. Ook daaruit kwam naar voren dat het comfortniveau in het gebouw onvoldoende was. Stijn van der Weegen: ‘Onze installateur kreeg de vinger niet op de zere plek. En wij wilden Bosch niet langer in de kou laten zitten. Toen hebben we de knoop doorgehakt en besloten om extra expertise van Peutz in te huren.’
Kennis en kunde
Michiel Kok: ‘Wat mij opviel, is dat de adviseur van Peutz al bij het eerste bezoek een paar praktische tips gaf, die meteen effect hadden. Daaraan merk je dat ze een getraind oog hebben. Ze weten echt waarover ze praten. Ook plaatsten ze direct een aantal dataloggers om de klachten te kunnen monitoren, meten en onderbouwen.’
Stijn van der Weegen vult aan: ‘Dat kan alleen met data. Meten is weten. En daarnaast is het natuurlijk heel belangrijk dat een installatie zijn werk kan doen. Dat de roosters goed zijn en de sensoren op de goede plek zitten. Het klinkt allemaal vrij logisch, maar helaas was dat bij onze installatie niet het geval.’
Roosters
Peutz ontdekte vrij snel dat de roosters veel meer lucht nodig hadden om goed te functioneren. Per unit waren er vier roosters aangebracht, terwijl dat er maar twee moesten zijn. Bovendien zaten sommige roosters op de verkeerde plek. Stijn van der Weegen: ‘Bij wijze van proef hebben we toen op de tweede verdieping de helft van de roosters afgeplakt met plastic. Dat hielp al. Uiteindelijk heeft Peutz een nieuw ontwerp gemaakt, met een juiste plaatsing van de roosters. De helft van de roosters hebben we toen afgevoerd.’
‘Verder bleek dat de sensor voor de luchtafvoer niet op de goede plek hing’, aldus Michiek Kok. ‘Die hing namelijk boven het plafond. Daar is het altijd warmer. Daardoor ging de installatie te snel en te veel koelen. De roosters bliezen lucht in van 10 graden! Als je daaronder zit, ben je niet blij. Nu hangt de sensor op ooghoogte en functioneert de installatie zoals het hoort.’
De menselijke maat
Michiel Kok vervolgt: ‘Klachten neem ik altijd serieus. Maar wat de een aangenaam vindt, vindt de ander veel te warm of juist fris. En ik kan niet aan alle individuele wensen beantwoorden. Daarom hebben we per zone bedieningsunits geplaatst. De standaardtemperatuur in het gebouw is 22 graden. En medewerkers hebben de mogelijkheid om die met twee graden te verhogen of te verlagen. Dat werkt heel goed. Enerzijds omdat mensen zich niet meer afhankelijk voelen van het systeem, en anderzijds omdat individuele klachten in de groep gegooid worden. Daardoor is het grootste leed vaak al geleden.’ Stijn van der Weegen besluit: ‘Nu de installatie naar behoren werkt, is de kou uit de lucht. Letterlijk en figuurlijk.’
Contactpersoon: e.lieskamp [at] peutz.nl (Ernst-Jan Lieskamp)